Als door de bliksem getroffen zo voelen veel mensen zich als ze de kapel binnenkomen.
Plotsklaps sta je midden in een totaal van levendige lijnen, vlakken en een overweldigende kleurenpracht. Het contrast tussen oeroud sober kapelletje en moderne expressieve wandschildering is groot en die twee samen vormen zonder meer een bijzondere combinatie.
Het duurt even voordat je begint te zien wat er gaande is op muren, plafond en bogen: in het geheel begint men een compositie te herkennen van in elkaar overvloeiende Bijbelse taferelen, die de kunstenaar verweven heeft met persoonlijke interpretaties. Deze stijl volgt de traditie uit vroegere tijden om beeldverhalen in kerken aan te brengen voor de destijds analfabete gelovigen.
Hans Truijen, toen rond de 50 jaar oud, beschilderde de kapel in 1978 in opdracht van de toenmalige Vijlener pastoor Pieters, met goedkeuring van bisschop Gijssen en omdat de kapel een Rijksmonument is, ook van Monumentenzorg.
Bij het aanbrengen van de voortekening en ook bij het uiteindelijke ‘inkleurende” schilderwerk liet hij zich assisteren door zijn vrouw Atty en zijn zoon Marc. Met behulp van een schaalmodel van de kapel heeft Truijen de opzet van de wandschilderingen gemaakt.
Hans Truijen in overleg met zijn vrouw Atty
Door het ontwerp onder te verdelen in rasters kon het als het ware gekopieerd worden naar de muren en het plafond van de kapel. Het schilderen begon vanaf de grond met aan lange stelen bevestigde penselen, maar dat bleek gauw ondoenlijk. Toen kwam er een stellage in de kapel. Geschilderd is met acrylverf.
De spontane reacties van de bezoekers op de schilderingen lopen uiteen van “jákkes!’ tot “wow!!”. De één draait zich op z’n hakken om en loopt meteen de kapel weer uit, de ander gaat stil zitten om het geheel op zich in te laten werken.
Tijdens iedere rondleiding voltrekt zich bij een aantal bezoekers de overgang van verbijstering naar begrip of zelfs waardering. Ook mensen die vaker komen, melden dat ze de schilderingen mettertijd steeds mooier gaan vinden. En sommigen zijn meteen positief verrast en dolenthousiast. Het werk blijkt ook nu nog niemand koud te laten en in staat de gemoederen van de bezoekers te beroeren. Je kunt gerust stellen dat het werk nog altijd spraakmakend is!
DE RESTAURATIE
Barsten, scheuren, ‘verfblaren’, afbrokkelende verfschilfers, verfdruipers. De beschildering in de kapel had te lijden onder een steeds sneller voortschrijdend verval. Met name de laagste meters van de muren waren flink aangetast. Op sommige plekken waren hele stukken beschildering al verdwenen.
20 april 2015 is begonnen met het werk, zeven weken later was de restauratie gereed. Op 29 augustus hebben we tijdens een feest met alle betrokkenen het glas geheven op het geweldige resultaat van de restauratie.
De werkzaamheden zijn uitgevoerd door een team van de Stichting Restauratie Atelier Limburg (SRAL), onder leiding van Angelique Friedrichs.
De Stichting Restauratie Atelier Limburg onderzocht welke restauratietechnieken gebruikt kunnen worden. Dit onderzoek is mogelijk gemaakt door een gift van het Huis voor de Kunsten (Provincie Limburg).
De vakgroep Bouwfysica van Monumenten van de TU Eindhoven, onder leiding van Henk Schellen, heeft enkele jaren op diverse plekken, binnen en buiten de kapel, (het verloop van) vochtwaarden en temperatuur gemeten.
De schade lijkt te ontstaan door een combinatie van klimaatomstandigheden en materiaal: de kapel heeft geen verwarming en is in koude tijden erg vochtig. De temperatuur volgt de buitentemperatuur, wat betekent dat de verf de ene keer krimpt en dan weer uitzet. De elasticiteit van verf heeft grenzen: op een gegeven moment komen er barsten en scheuren. Condensvocht loopt in lange druipers van de beschildering af. Optrekkend vocht in de muren heeft zout meegevoerd, als dat droogt vormen zich kristallen, die tot 80x het volume hebben van zout in opgeloste staat. Dit drukt de stuc- en de toch al zwaar belaste verflaag van de muur.
De uitkomsten van beide onderzoeken hebben geleid tot een plan van aanpak voor de redding van het kunstwerk en mei 2014 is in de crypte apparatuur geplaatst die het optrekken van grondwater in de muren tegen moet gaan.
Het plan bestaat o.a. uit de volgende zaken:
- vastzetten van losse verfschilfers.
- retoucheren van plekken van verdwenen verfschilfers.
- opnieuw opzetten van delen van de schilderingen die in de loop der jaren verdwenen zijn: op de noord- en zuidwand van het schip en de kopwand van het koor.
- volledig schilderen van de wanden van het koor.
- reparatie en bijwerken van het tongewelf.
Met de consolidatie en restauratie zijn de schilderingen voorlopig veilig gesteld.
Gezien het complexe samenspel van vocht (zowel optrekkend vocht in de muren als condensatievocht op de muren) met de gebruikte onderlaag en het verouderen van de verf zal jaarlijks herstel van zich nieuw aandienende schade noodzakelijk zijn.
Voor het veiligstellen van het kunstwerk moet de Stichting Catharinakapel Lemiers jaarlijks een bedrag van minimaal €3.000,- genereren uit fondsenwerving en eigen activiteiten.
De restauratie wordt gesponsord door:
- Provincie Limburg
- Huis voor de Kunsten
- Bisdom Roermond (eigenaar kapel)
- Stichting Fien Huth
- Stichting Wilhelmina Sangers Cultuurprijs
- Gemeente Vaals
- Vele particulieren